Vorige week hoorden we 's avonds een hoop geritsel in de tuin. Het was al donker, dus ik pakte de zaklamp. Die ligt altijd paraat i.v.m. aardbevingen en stroomstoringen, maar gelukkig hebben we hem daarvoor nog niet hoeven te gebruiken! Gewapend met zaklamp ging ik naar buiten, en scheen op de boom waar het geluid vandaan kwam.
Daar zat een opossum, oftewel een buidelrat. Een opossum is best een groot beest, met een hele spitse snuit, een lange harige vacht die soms op egel-stekels lijkt, en een lange kale rattenstaart.
Als je een trouwe lezer van deze blog bent, dan herinner je je misschien wel dat we al eens eerder een 'possum op bezoek hebben gehad (zie Deel 29 op mijn oude site). Hij kwam toen eten van het kattenvoer dat ik buiten had staan. Ik had nog nooit zo'n beest gezien, en ik moest op Internet opzoeken wat het was. Hier is een foto van die opossum:
Deze opossum was wel een stukje groter dan die van twee jaar geleden. Hij was net zo groot als onze Frodo (de grootste kat van Sunnyvale). De opossum keek ons brutaal aan, en liep toen rustig over de schutting naar de tuin van de buren.
Gisterochtend zagen hem opnieuw: dood op straat. Daar lag-ie, stil en stijf, midden op de weg. Ik kon hem eens goed bekijken. Wat een groot beest..... En wat een grappige pootjes, net babyvingertjes. De opossum leek helemaal gaaf, maar toch best wel dood.
Maar wat moest ik ermee? Misschien de gemeente bellen? Maar ik wist het nummer niet, en had niet zo'n zin om dat op te gaan zoeken. Maar wacht eens, het was woensdag, de dag dat de vuilnis wordt opgehaald. Dat kwam mooi uit, dan nemen de vuilnismannen hem vast wel mee. Terwijl ik dit stond te overpeinzen, reed net de vuilniswagen langs. Met een zwierige boog manouvreerde de chauffeur netjes om het dode beest heen, en reed het kleine straatje tegenover ons in, niet van plan om hiervoor uit zijn auto te klimmen. Mission mislukt.
Ok, dan stop ik hem zelf wel in de bak. Maar welke bak? Groenbak (het is toch een soort tuinafval....), of grijsbak (restafval..?). Wat een dilemma. De grijsbak stond voor, de vuilniswagen kwam er in de verte al aan, dus snel handelen was gewenst. Elies nam een sprint, rende naar binnen, pakte een set tuinhandschoenen en stoffer en blik, stoof terug naar buiten, en schepte het dode beest (stijf als plank) de grijsbak in. Net op tijd.